Uitspraak: ABN moet ruim € 2 miljoen vergoeden als gevolg van dwaling bij renteswap

Een vastgoedonderneming (hierna: “Vast Goed B.V.”) heeft zich in 2007 tot ABN Amro gewend met het verzoek tot financiering voor de aankoop van een opvanghuis voor kinderen. In oktober 2007 heeft Vast Goed B.V. een kredietovereenkomst van € 2 miljoen afgesloten tegen een rente gelijk aan het driemaands EURIBOR-tarief verhoogd met een opslag van 1%. Daarbij gaf ABN aan Vast Goed B.V. de mogelijkheid om de rente vast te zetten door middel van een renteswapovereenkomst. Na verschillende gesprekken tussen ABN en Vast Goed B.V. waarin uitleg over de werking van een renteswap werd gegeven, heeft Vast Goed B.V. op 18 november 2008 telefonisch een renteswapovereenkomst afgesloten voor € 15 miljoen en met een looptijd van vijf jaar. Vast Goed B.V. heeft de bevestiging van dit gesprek voor akkoord getekend. Naast het krediet van € 2 miljoen bij ABN Amro had Vast Goed B.V. op dat moment een krediet bij SNS voor € 10 miljoen.

Liquiditeitspremie valt volgens ABN niet onder de renteswap

Op 9 maart 2009 berichtte ABN Amro Vast Goed B.V. over het feit dat zij voornemens was om per 1 april 2009 een zogenoemde liquiditeitspremie in te voeren. Dat zou betekenen dat Vast Goed B.V. over het lopende krediet van € 2 miljoen naast de verschuldigde rente extra premie zou gaan betalen. De ABN schreef hierover in haar brief – voor zover hier van belang – het volgende:

“De interbancaire markt is al enige tijd ernstig verstoord. Banken zijn terughoudend in het verstrekken van leningen aan elkaar. Daarom moeten zij tegen hogere tarieven geld uit de markt halen. In de officiële EURIBOR rentetarieven zijn deze huidige marktomstandigheden niet verwerkt. [ABN Amro] voert daarom vanaf 1 april 2009 een liquiditeitspremie in.

Vanaf deze datum wordt op uw rekeningen met een debetrente op basis van EURIBOR een toeslag in de vorm van een liquiditeitspremie van 0,50% op jaarbasis in rekening gebracht. De samenstelling en daarmee de hoogte van de debetrente bedraagt vanaf 1 april 2009: EURIBOR + liquiditeitspremie + kredietopslag.”

In een gesprek van 20 maart 2009 heeft Vast Goed B.V. bezwaar gemaakt tegen deze liquiditeitspremie. Vast Goed B.V. maakte bezwaar omdat zij niet profiteerde van de lage EURIBOR-stand, gezien de renteswapovereenkomst, doch dat zij nu wel een aanvullende liquiditeitspremie moesten gaan vergoeden, omdat deze niet was uitgesloten in de renteswapovereenkomst. Vast Goed B.V. verzocht ABN Amro om een passende oplossing. Een passende oplossing kwam er echter niet.

Vastgoedonderneming beroept zich op vernietiging renteswap wegens dwaling

Eind 2009 is Vast Goed B.V. onder bijzonder beheer komen te staan. Vervolgens heeft Vast Goed B.V. per brief d.d. 7 maart 2012 een beroep gedaan op de vernietigbaarheid van de renteswap wegens bedrog en/of dwaling. ABN Amro heeft de rechtsgeldigheid van deze vernietiging betwist. Nadat een voorlopig getuigenverhoor heeft plaatsgevonden, heeft Vast Goed B.V. ABN Amro in rechte betrokken. Vast Goed B.V. heeft verzocht om een verklaring voor recht dat de renteswapovereenkomst is vernietigd, alsmede om een verklaring voor recht dat ABN Amro haar zorgplicht heeft geschonden bij het aangaan van de renteswapovereenkomst. Vast Goed B.V. vorderde alle door haar betaalde bedragen in het kader van de renteswap, totaal € 1.630.952,76, vermeerderd met rente en kosten terug van ABN Amro.

Gerechtshof Amsterdam: ABN moet schadevergoeding betalen, liquiditeitspremie stond haaks op uitgangspunten renteswap

Uiteindelijk komt deze zaak in hoger beroep voor het Gerechtshof Amsterdam. Het Gerechtshof oordeelt daarbij dat nergens in het door ABN aan Vast Goed B.V. ter beschikking gestelde materiaal c.q. documenten omtrent de renteswapovereenkomst staat dat er een variabel rentepercentage, waaronder de liquiditeitspremie, aan haar in rekening kan worden gebracht. Dat dit wellicht in het algemene informatiemateriaal staat, is onvoldoende. Vast Goed B.V. was in de gerechtvaardigde veronderstelling dat de renteswap alle variabele rentes en/of opslagen fixeerde. In de productomschrijvingen van de renteswap werd tenslotte zonder enig voorbehoud aangegeven dat de klant gedurende de looptijd van de financiering verzekerd is van rentelasten die vooraf exact bekend zijn en wordt expliciet als één van de voordelen genoemd dat de klant de rente fixeert en volledig is beschermd tegen rentestijgingen. ABN heeft een onjuiste voorstelling van zaken gegeven aan Vast Goed B.V. Het Gerechtshof is van oordeel dat Vast Goed B.V. de renteswap niet had afgesloten, indien aan haar was verteld dat de rentefixatie alleen betrekking had op het EURIBOR-tarief en niet op andere (liquiditeits)opslagen. Vast Goed B.V. heeft zich dus rechtsgeldig beroepen op vernietiging van de renteswap als gevolg van dwaling.

Het Gerechtshof wijst de vordering van Vast Goed B.V. dan ook toe. ABN Amro wordt veroordeeld tot betaling van een bedrag ad € 2.029,024,43 aan Vast Goed B.V.

Financieel Recht Advocaten

Heeft u een renteswap of rentecap en zoekt hulp of bijstand, bijvoorbeeld om op een gelijk niveau met de bank in gesprek te raken of om te weten te komen of u aanspraak kunt maken op een schadevergoeding, neem dan hier vrijblijvend contact met ons op.

Klik hier (tussenarrest) en hier (eindarrest) voor de arresten van het Gerechtshof Amsterdam.

Zie ook vergelijkbare uitspraken:

Neslihan Karacaoglan

Wij staan voor u klaar

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op
Fabienne de Jong

Wij helpen u graag

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant