Uitspraak: Schending zorgplicht door beleggingsbank Van Lanschot

A heeft vanaf 1987 tientallen jaren zijn vermogen belegd in een adviesrelatie met Van Lanschot. Op 30 september 2007 heeft A met Van Lanschot de Vermogensbeheerovereenkomst gesloten. Er wordt een neutraal risicoprofiel vastgesteld. Opgenomen wordt dat A zich bewust is van de risico’s, streeft naar een gemiddeld jaarlijks positief rendement van 6% op de lange termijn en een negatief rendement in een slecht beleggingsjaar accepteert.

Bij aanvang van het beheer in oktober 2007 bedroeg het te beleggen vermogen € 4.709.721. Over de periode oktober 2007 tot en met 31 augustus 2008 is het belegde vermogen afgenomen met een bedrag van € 798.654,–. In mei 2008 is over de opgelopen verliezen overleg gevoerd. A heeft toen de beleggingsrelatie gehandhaafd. A schrijft op 31 augustus 2008 dat zij zich zorgen baart over de achteruitgang van het vermogen en vraagt zich af of niet een ondergrens bepaald moet worden bij het naderen waarvan de effectenportefeuille geliquideerd zal moeten worden en volstaan moet worden met deposito- of spraakrekeningen. Bij e-mail van 1 september 2008 schrijft Van Lanschot dat zij zich de vraag goed kan voorstellen en dat het mogelijk is binnen een redelijke termijn een update te verzorgen. Op 9 september 2008 heeft Van Lanschot een presentatie gestuurd met een nieuwe risicoanalyse. Een verdere toelichting blijft echter uit. Op 4 november 2008 heeft A de beheerovereenkomst met onmiddellijke ingang beëindigd. De beleggingen zijn vervolgens verkocht en hebben een bedrag van ca. € 3.400.000,– opgebracht.

A betrekt Van Lanschot in rechte en vordert veroordeling van Van Lanschot tot betaling van een bedrag van € 972.501,– te vermeerderen met rente en kosten.

Beoordeling
Feit is dat in het najaar van 2007 de financiële crisis haar intrede deed en dat vervolgens alom beleggingsverliezen werden geleden. Ook A leed verliezen en werd daarvan door Van Lanschot op de hoogte gehouden. De stelling van A dat haar in de vermogensbeheerrelatie door Van Lanschot de mogelijkheid is ontnomen zelf beslissingen te nemen, wordt door de rechtbank gepasseerd. De rechtbank begrijpt dat het A is tegengevallen dat er geen regelmatig overleg over en persoonlijke aandacht voor zijn beleggingspositie meer was, zoals hij dat tevoren in de adviesrelatie gewend was. Als A toch anders wilde dan in de beheerovereenkomst was overeengekomen en zoals dat in de praktijk werd uitgevoerd, dan had het op zijn weg gelegen dat tussentijds aan Van Lanschot kenbaar te maken. Dat heeft A evenwel niet gedaan.

De situatie komt anders te liggen met de e-mail van A van 31 augustus 2008. Hij uit daarin zijn zorgen over de gestage achteruitgang van het vermogen en vraagt zich af of er niet een ondergrens bepaald zou moeten worden. De rechtbank begrijpt de e-mail aldus dat hij daarin te kennen gaf dat zijn risicobereidheid afnam, althans indringend de vraag stelt of er niet minder risico gelopen zou moeten worden. Gegeven de omstandigheden van die periode (de crisis hield aan en er was onrust op de beurzen; er was binnen een klein jaar tijd en in hoog tempo fors verlies geleden op het vermogen; het vermogen was bestemd voor pensioen; A was reeds 67 jaar en zijn pensionering was aanstaande zodat hij geen andere inkomstenbronnen meer zou kunnen aanboren) had het op de weg van Van Lanschot gelegen meer zorg te besteden aan de positie van A dan zij heeft gedaan, mede gelet op de in de overeenkomst toegezegde ‘continue profielbewaking’. De update d.d. 9 september 2008 was echter niet voldoende. De rechtbank wijst er in dit verband op dat in de  update geen antwoord wordt gegeven op de vraag naar de ondergrens. De rechtbank komt tot de conclusie dat Van Lanschot in de periode na 9 september 2008 niet de zorgvuldigheid in acht heeft genomen die van een goede beleggingsbank verwacht had mogen worden.

De rechtbank verwijst naar een schadestaatprocedure, om de schade te bepalen over de periode vanaf 9 september 2008 tot november 2008.

Bent u ook ontevreden over uw bank of vermogensbeheerder? Wij hebben ruime ervaring met het procederen tegen banken en vermogensbeheerders alsmede tussenpersonen en/of financieel adviseurs. Neem vrijblijvend contact met ons op via ons contactformulier.

Klik hier voor de gehele uitspraak.

Lenie Spoor

Wij staan voor u klaar

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op

Wij helpen u graag

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant