Nieuws: InsingerGillissen heeft zorgplicht geschonden bij tripartiete overeenkomst

In 2002 heeft mevrouw X een overeenkomst gesloten met vermogensbeheerder Attica en InsingerGillissen. Met deze zogenaamde tripartiete overeenkomst werd het vermogen van X gestort op een rekening van InsingerGillissen. Vermogensbeheerder Attica zou vervolgens het bedrag van ruim €1 miljoen voor mevrouw X beheren. Dit deed de vermogensbeheerder door orders voor beleggingen door te geven die vervolgens door InsingerGillissen werden uitgevoerd. Bij het afsluiten van de overeenkomst werd het risicoprofiel van mevrouw X vastgesteld. Het resultaat van de door haar ingevulde vragenlijsten was een defensief tot neutraal risicoprofiel. Toch werd door vermogensbeheerder Attica een groot deel van de inleg van X geïnvesteerd in zeer risicovolle buitenlandse hedgefondsen. Dit resulteerde in een groot verlies voor mevrouw X. Om haar schade vergoed te krijgen sprak zij vermogensbeheerder Attica aan. Echter, nadat de rechter in 2012 oordeelde dat Attica verantwoordelijk was voor de schade ging de vermogensbeheerder failliet. Mevrouw X kon haar schade dus niet op de vermogensbeheerder verhalen. Daarnaast bleken de hedgefondsen ook frauduleus te zijn. Meerdere fondsen op de Kaaimaneilanden en het Isle of Man bleken onderwerp van onderzoek te zijn van verschillende toezichthouders. Niet onterecht zo bleek. Fondsen hebben schikkingen getroffen met toezichthouders of zijn failliet gegaan.

Bank werkt actief mee aan overtreden aanbiedingsverbod

Nu spreekt mevrouw X InsingerGillissen aan. Ze is van mening dat de bank haar zorgplicht heeft geschonden. De bank voerde orders van de vermogensbeheerder uit zonder te controleren of de transacties pasten binnen het risicoprofiel van mevrouw X. Daarnaast lieten veel van de hedgefondsen geen particulieren toe. Dit betekend dat de beleggingen ongeschikt waren voor mevrouw X als particulier. Uit de documentatie bleek dat de fondsen enkel geschikt waren voor professionele beleggers. Met het uitvoeren van de orders heeft InsingerGillissen naar het oordeel van het hof actief meegewerkt aan het overtreden van het aanbiedingsverbod. Dit aanbiedingsverbod houdt in dat een beleggingsfonds geen participaties mag verkopen aan beleggers waarvoor het beleggingsfonds niet geschikt is.

Gerechtshof vernietigd vonnis rechtbank

Op 16 juli 2019 deed het Gerechtshof Amsterdam uitspraak in deze zaak. De rechtbank oordeelde eerder dat InsingerGillissen niets verkeerd heeft gedaan. Het hof veegde dit vonnis van de Rechtbank Amsterdam van tafel en oordeelde dat de bank haar bijzondere zorgplicht heeft geschonden. Het hof volgt daarmee het standpunt van mevrouw X. InsingerGillissen moet daarom opdraaien voor de door mevrouw X geleden schade.

Uitbreiding zorgplicht en vrees claims

De uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam laat zien dat de zorgplicht van financiële instellingen flink is toegenomen, aldus Rob Schotsman. Schotsman is bijzonder hoogleraar bank- en verzekeringsleer aan de Universiteit van Amsterdam. ‘Vroeger kon je zeggen: ik ben maar een depotbank en doe niets anders dan het uitvoeren van orders. Dat is natuurlijk wel verleden tijd. Je merkt dat die scheiding vervaagt.’ stelt hij tegenover het Financieele Dagblad. Advocaat Roger Kroes stond in deze zaak mevrouw X bij. Hij stelt dat het arrest van het hof de deur opent voor beleggers die op dezelfde wijze gedupeerde zijn. Hoeveel het er zijn is onbekend maar volgens de advocaat gaat het over tientallen beleggers. InsingerGillissen stelt het arrest eerst zorgvuldig te bekijken voordat het de beslissing maakt om in cassatie te gaan.

Klik hier voor het volledige nieuwsbericht van het Financieele Dagblad.

Klik hier voor de volledige uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam.

Lenie Spoor

Wij staan voor u klaar

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op

Wij helpen u graag

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant