Uitspraak: Rabobank moet mogelijkheid tot boetevrij aflossen herstellen

Een consument heeft in 2006 met een rechtsvoorganger van de Rabobank, zijnde Friesland Bank, een hypothecaire geldlening afgesloten. Op 4 juni 2009 heeft Friesland Bank toegezegd dat de klant bij interne oversluiting zijn hypotheek geheel boetevrij mag aflossen. Op 29 oktober 2013 heeft Friesland Bank kenbaar gemaakt dat de hypothecaire geldlening overgaat naar de Rabobank. In februari 2014 vraagt de consument of de afspraak met betrekking tot het vervroeg boetevrij aflossen gehandhaafd blijft, waarop de Rabobank aangeeft dat deze eerdere afspraak bij de overdracht van de hypotheek is komen te vervallen. Daarbij wordt door de Rabobank medegedeeld dat de overdracht van de hypotheek van Friesland Bank naar de Rabobank desondanks meer voordelen dan nadelen heeft, onder meer omdat de consument de gelegenheid wordt geboden om een nieuw rentecontract aangegaan en de rentestand op dat moment erg laag was. In het begin accepteert de consument deze gewijzigde afspraken. Daar komt de consument per brief d.d. 7 mei 2015 echter alsnog op terug, de consument wenst zijn geldlening boetevrij af te lossen.

Partijen leggen het hierboven geschetst geschil uiteindelijk voor aan het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (hierna: “Kifid”). De consument vordert bij het Kifid dat hem alsnog de mogelijkheid wordt geboden om zijn lening intern over te sluiten, zonder daarvoor een boete verschuldigd te zijn, conform de eerder daartoe gemaakte afspraak. De Rabobank heeft de stellingen van de consument gemotiveerd weersproken.

Kifid: Rabobank dient consument de mogelijkheid te bieden tot intern en eenmalig boetevrij aflossen

Het Kifid oordeelt dat het aanbod dat op 4 juni 2009 door de Bank werd gedaan dient te worden gekwalificeerd als een onherroepelijk aanbod in de zin van artikel 6:219 lid 3 BW. Op het moment dat een aanbod wordt gedaan om, indien en op het moment dat Consument dat wenst, boetevrij de hypothecaire geldlening af te lossen, kan dat aanbod in beginsel niet op een later moment worden ingetrokken. Toen de hypotheek van de consument in 2013 werd overgedragen, nam de Rabobank alle rechten en verplichtingen uit de overeenkomst op zich, waaronder het recht van de consument om over te gaan tot boetevrije aflossing. De Rabobank mocht niet eenzijdig besluiten dat haar verplichting jegens de consument zou komen te vervallen. Voor zover kan worden geconcludeerd dat de consument had ingestemd met dit verval, geldt dat de wil van de consument op onzuivere wijze is gevormd. Hij was immers door de Rabobank in de onjuiste veronderstelling gebracht dat het recht op boetevrije oversluiting bij de overdracht van de hypotheek was komen te vervallen. Het Kifid oordeelt dat de Rabobank aan de consument de mogelijkheid dient te bieden om zijn hypothecaire geldlening eenmalig intern boetevrij over te sluiten.

Financieel Recht Advocaten

Heeft uw bank u ook in strijd met de gemaakte afspraken beboet vanwege het vroegtijdig beëindigen van de kredietrelatie? Of heeft u anderszins schade geleden door toedoen van een bank of financiële instelling? Neem dan hier vrijblijvend contact op met een van onze advocaten. Ons kantoor heeft ruime ervaring met het procederen tegen banken, verzekeraars, tussenpersonen en andere financiële instellingen.

Klik hier voor de volledige uitspraak van het Kifid.

Zie ook vergelijkbare uitspraken:

 

Wesley van Elven

Wij staan voor u klaar

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op

Wij helpen u graag

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant