Uitspraak: Een casus over ongebruikelijke betalingsverkeer

In de dynamische wereld van bank- en ondernemingsrecht komt het regelmatig voor dat banken en hun cliënten botsen over de zorgplichten van de bank. Een recente uitspraak van de rechtbank Amsterdam, werpt licht op deze problematiek en toont de cruciale rol van banken in het detecteren van ongebruikelijk betalingsverkeer. Dit artikel bespreekt de uitspraak en benadrukt waarom het essentieel is om juridisch advies in te winnen bij conflicten met banken.

Kern van de zaak: zorgplicht van de bank

Op 20 juni 2019 werd ABN AMRO Bank N.V. zich bewust van ongebruikelijke activiteiten op een bankrekening van een klant, wat leidde tot een vermoeden van fraude. De bank had een bijzondere zorgplicht tegenover [eiser], de benadeelde partij. De rechtbank oordeelde dat de bank in strijd met deze zorgplicht had gehandeld door niet onmiddellijk onderzoek te doen naar de ongebruikelijke activiteiten en geen maatregelen te treffen om het risico voor [eiser] te beperken.

Verdeling van de schuld

De rechtbank besloot dat tussen 20 juni 2019 en 6 augustus 2019 de klant in kwestie, [naam 1], met frauduleuze overboekingen en contante geldopnames een bedrag van € 270.466,91 had verduisterd. Hoewel de bank nalatig was geweest, werd 80% van de schade toegerekend aan [eiser] vanwege gebrekkige interne controle processen. De rechtbank vond dat [eiser] zijn interne processen niet op orde had, waardoor de fraude kon plaatsvinden zonder dat de interne accountant dit opmerkte.

Betalingen vóór 20 juni 2019

Voor de betalingen die plaatsvonden vóór 20 juni 2019 oordeelde de rechtbank dat de bank voldoende had toegelicht waarom hun fraude voorzorgsmaatregelen het ongebruikelijke betalingsverkeer niet hadden opgemerkt. Hoewel de bank summiere informatie had verstrekt, vond de rechtbank dit voldoende om aan te nemen dat de bank niet tekort was geschoten in haar wettelijke controletaak.

Wettelijke rente en schadevergoeding

De rechtbank veroordeelde de bank tot het betalen van een schadevergoeding van € 54.093,38, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 1 januari 2020. Daarnaast werd de bank veroordeeld tot een vergoeding van € 6.601,67 voor de kosten van het in kaart brengen van de fraude.

Financieel Recht Advocaten

Deze uitspraak onderstreept het belang van een adequate zorgplicht van banken en de noodzaak voor cliënten om hun interne processen op orde te hebben. Heeft u problemen met uw bank, leningen of hypotheekverstrekkers? Neem dan contact op met Financieel Recht Advocaten voor deskundig juridisch advies. Wij helpen u uw rechten te beschermen en staan u bij in conflicten met financiële instellingen.

Joost Papeveld

Wij staan voor u klaar

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op

Wij helpen u graag

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant