De commissie beoordeeld in deze zaak of de registratie van de persoonsgegevens van de consument in het CAAML- register moeten worden verwijderd. De bank heeft de relatie beëindigd na onvoldoende beantwoording van diens vragen over het bedrijf en de transacties van de consument.
Achtergrond van de zaak
De consument was bestuurder en belanghebbende van meerdere bedrijven met rekeningen bij de ABN AMRO. De bank stelde in maart 2022 vragen over de eigendomsstructuur, de verdienmodellen en bepaalde transacties. De consument reageerde hierop, maar de vragen bleven onbeantwoord. In november vroeg de bank om aanvullende informatie, ook hier werden de vragen niet beantwoord. In januari beëindigde de bank de relatie wegen integriteitsrisico’s, het bezwaar van de consument werd afgewezen. De persoonsgegevens werden opgenomen in het CAAML-register (Client Acceptance and Anti-Money Laundering) voor vijf jaar.
De klacht van de consument
De consument wil verwijderd worden uit het register. Hij stelt dat hij volledig heeft meegewerkt aan het onderzoek en dat de stopzetting van de relatie onterecht is. Hij stelt dat de verstrekte informatie volledig correct is en dat de transacties gebaseerd zijn op mondelinge afspraken over lening verrekeningen. De consument voert verschillende documenten aan als bewijs, waaronder een verklaring van de belastinginspecteur dat er uit een boekenonderzoek slechts enkele administratieve of fiscale onjuistheden waren, zonder gevolgen voor de naheffing omzetbelasting.
Het verweer van de bank
Als een bank onvoldoende onderzoek doet naar of iemand voor zichzelf of voor een ander handelt, kan deze sancties ontvangen waardoor onvoldoende onderzoek leidt tot opzegging van de relatie. ABN AMRO heeft het vermoeden dat de consument een stroman is, waarbij hij handelt in eigen naam maar geld gebruikt van grote opdrachtgevers. De bank stelt dat de aangeleverde eigendomsstructuur onduidelijk is en niet goedgekeurd is door een notaris. ABN AMRO geeft aan het vertrouwen te zijn verloren door de onbeantwoorde vragen en de twijfels over de uiteindelijke belanghebbende. Verder legt de bank uit dat de registratie in het frauderegister is opgenomen om te voorkomen dat hij zonder risicobeoordeling opnieuw een relatie met de bank aangaat.
De beoordeling van de rechter
De commissie stelt dat de registratie gerechtvaardigd is. De consument heeft niet volledig geantwoord op de vragen van de bank over de eigendomsstructuur en financiële transacties, waardoor de bank het onderzoek niet kon afronden. De bank toont aan dat zij belang heeft zij registraties om risico’s te vermijden, onderbouwing van de consument waarom zijn belang zwaarder weegt blijkt is niet voldoende. De registratie heeft slechts beperkte gevolgen omdat deze enkel binnen de bankorganisatie werkt. Bankrelaties met andere instellingen kunnen dus nog worden aangegaan. De vordering van de consument wordt afgewezen.
Financieel recht advocaten
Heeft u een geschil met uw bank? Neem dan contact op met een van onze gespecialiseerde advocaten.
Wij staan voor u klaar
- Tegen financiële dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant