Uitspraak: Woning uit de verkoop door onvoltooid cliëntenonderzoek

Klant dient een klacht in bij het Financieel Klachteninstituut KiFiD. Volgens hem zou het makelaarskantoor – die hij had ingeschakeld voor de verkoop van zijn woning – onterecht zijn woning uit de verkoop hebben gehaald. Volgens het kantoor had het te maken met een onvoltooid cliëntenonderzoek.

Aanleiding

Een makelaarskantoor heeft de woning van een van zijn klanten uit de verkoop gehaald. Dit wegens het weigeren van de klant om mee te werken aan het cliëntenonderzoek. Dit is een verplichting die voortvloeit uit de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft).

Het makelaarskantoor sloot in 2017 een overeenkomst met de klant voor de verkoop van zijn woning. Deze woning is tot op heden niet verkocht. In 2019 heeft het makelaarskantoor na verscherpte wetgeving de klant gevraagd om een kopie legitimatiebewijs, omdat na controle gebleken was dat het kantoor geen kopie in het dossier had. De klant voerde aan dat het verstrekken van afschriften van identiteitsbewijzen door de overheid wordt afgeraden. Hierop geeft de makelaar aan dat een kopie inderdaad niet verplicht is en dat het verstrekken van de genoemde gegevens in art. 33 Wwft ook voldoende is.

Hierna blijft het stil aan de kant van de klant. Ook wordt er geen gehoor gegeven aan het aanbod van de makelaar om bij de klant langs te gaan om de persoonsgegevens te verifiëren aan de hand van de identiteitsbewijzen. Na uitgebreid mailcontact geeft de klant aan dat de Wwft verplichtingen van 2019 niet van toepassing zijn op de overeenkomst, omdat identificatie reeds heeft plaatsgevonden bij de totstandkoming van de overeenkomst in 2007. Omdat de klant weigert om zich te identificeren gaat de makelaar over tot beëindiging van de klantrelatie. De klant was het hier niet mee eens en stapte naar de rechter.

Beoordeling Gerechtshof

Het Gerechtshof behandelde de vraag of het makelaarskantoor de relatie met de klant terecht heeft beëindigd. De klant komt met diverse verweren. Een daarvan is dat het makelaarskantoor kon volstaan met een vereenvoudigd cliëntenonderzoek. Dat gaat volgens het hof niet op, omdat ook in het geval van een vereenvoudigd cliëntenonderzoek de identiteit moet worden gecontroleerd, geverifieerd en vastgelegd. De gegevens moeten op worden vastgelegd, zodat ze bij een melding kunnen worden verstrekt aan de Financial Intelligence Unit (FIU).

Het hof gaat niet mee in het verweer van de klant dat in 2007 al een identificatie heeft plaatsgevonden. Volgens het hof is het na 12 jaar zeer normaal dat de bank een vervolg identificatie wil uitvoeren. Daarnaast zegt het hof dat het feit dat het makelaarskantoor achterstallig was met het vervullen van de Wwft-verplichting, gelet op de doelstellingen van de Wwft, nooit tot gevolg kan hebben dat de makelaar het recht heeft verwerkt om het cliëntenonderzoek alsnog uit te voeren of dat de makelaar de zakelijke relatie niet mocht beëindigen. Het hof concludeert dat het makelaarskantoor terecht de relatie met de klant heeft beëindigd.

Financieel Recht Advocaten

Wilt u advies over of begeleiding bij conflicten over het cliëntenonderzoek van banken en de registratie van persoonsgegevens in de Gebeurtenissenadministratie, het IVR, het Incidentenregister en het EVR? Neem dan vrijblijvend contact met ons op.

Rob Silvertand

Wij staan voor u klaar

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op
Fabienne de Jong

Wij helpen u graag

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant