Aegon heeft in het kader van het Wwft een cliëntenonderzoek gestart. Een consument is gevraagd informatie te verstrekken over de opbouw van zijn spaarvermogen over een periode van 12 maanden. De consument heeft die informatie niet verstrekt, omdat hij vindt dat Aegon te veel informatie opvraagt. Aegon heeft daarop de persoonsgegevens van de consument opgenomen in de Gebeurtenissenadministratie en het IVR, omdat de consument niet volledig meewerkte aan het cliëntenonderzoek.
Aanleiding
In 2007 hebben de consument en zijn echtgenote een hypothecaire geldlening afgesloten bij Aegon. Op 17 november 2020 heeft de consument € 20.000,- extra afgelost op de hypothecaire geldlening.
In het kader van het cliëntenonderzoek, waar Aegon op grond van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) toe gehouden is, heeft Aegon wat vragen gesteld. Zo wilden ze een bewijs van herkomst hebben van het geld dat gebruikt is voor de aflossing.
De consument heeft als reactie hierop pensioenoverzichten van zijn echtgenote en hemzelf verstrekt met daarbij de toelichting dat er vanuit zijn pensioeninkomsten ruimte was om te sparen, mede als gevolg van de corona-omstandigheden.
Voor Aegon was dit niet voldoen. Ze wilden ook nog een opbouw van het spaarvermogen van de afgelopen 12 maanden en een kopie van de spaarrekening ten behoeve van de extra aflossing. Als gevolg van het niet reageren van de consument, heeft Aegon laten weten dat zijn persoonsgegevens zullen worden opgenomen in het Intern Verwijzingsregister (‘IVR’).
Klacht
De consument vindt dat Aegon te veel informatie opvraagt. Hij vindt dit een inbreuk op zijn privacy. Volgens hem had Aegon genoegen moeten nemen met de pensioenoverzichten die hij verstrekt had, aangezien die overzichten de herkomst van het aflossingsbedrag al genoegzaam aantonen.
Bovendien zou de informatie aanvraag onbegrensd zijn. Het “spaarvermogen” is namelijk niet af te bakenen; dat zou betekenen dat hij zijn hele financiële administratie zou moeten overleggen. De consument vordert dat Aegon genoegen neemt met de verstrekte pensioenoverzichten.
Persoonsgegevens
Aegon mag alleen persoonsgegeven verwerken als daar een verwerkingsgrondslag voor is in de zin van artikel 6 van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Eén van die grondslagen is dat de verwerking noodzakelijk is om te voldoen aan een wettelijke verplichting die op Aegon rust. De wettelijke verplichting waar het in deze zaak om gaat, is de uit de Wwft voortvloeiende verplichting voor Aegon om een cliëntenonderzoek te verrichten: op grond van artikel 3 lid 2 onder d Wwft dient Aegon de bron van het vermogen van haar klanten, zoals de consument, vast te stellen.
Aegon heeft aangevoerd dat informatie over de opbouw van het spaarvermogen noodzakelijk is voor het cliëntenonderzoek. Zij wil namelijk het ‘spoor’ in kaart brengen. De consument had aangegeven dat er vanuit zijn pensioeninkomsten ruimte was om te sparen en Aegon wil kunnen verifiëren of dit klopt. Informatie over de opbouw van het spaarvermogen over de afgelopen 12 maanden is nodig om te toetsen of het verhaal van de consument klopt. Verder heeft Aegon aangegeven dat het aanleveren van 12 rekeningafschriften van de spaarrekening voldoende is. De informatieaanvraag is dus niet onbegrensd, maar juist heel specifiek.
Beslissing
Dit alles betekent dat de klacht van de consument ongegrond is en dat zijn vordering moet worden afgewezen. De commissie wijst de vordering af.
Lees hier de volledige uitspraak.
Financieel Recht Advocaten
Wilt u advies over of begeleiding bij conflicten over het cliëntenonderzoek van banken, organisaties of instituten ter voorkoming van witwassen en terrorisme? Neem dan vrijblijvend contact met ons op.
Wij staan voor u klaar
- Tegen financiële dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant