Eisers hadden bankrekeningen bij ABN Amro, deze relatie is eenzijdig beëindigd door ABN Amro na het niet af kunnen ronden van een klantonderzoek. Eisers vorderen herstel en verwijdering van registratie uit de betreffende verwijzingsregisters.
Achtergrond van de zaak
Eiser is eigenaar van een onderneming die weer eigenaar is van twee andere ondernemingen. Hij heeft in een periode van anderhalf jaar bijna honderdduizend euro in contanten opgenomen waarna de bank vragen stelde over de doelen hiervan. Eiser verklaarde dat hij dit geld gebruikte voor levensonderhoud tijdens zijn verblijf in Colombia gedurende vier maanden. Ook verklaarde hij dat hij een zakelijke relatie is aangegaan in deze periode waarin uitsluitend contante transacties plaatsvonden. Na veelvuldig contact te hebben gehad besluit de bank dat de verklaringen niet voldoende onderbouwt zijn en beëindigt zij de bankrelatie. Hierna volgen de andere ondernemingen met een poging tot opzeggen van hun bankrelaties bij dezelfde bank. De bank stelt wederom een klantonderzoek in wegens diverse transacties op de betaalrekeningen van de ondernemingen. Na de verdienmodellen en zakelijke activiteiten te hebben ingezien beëindigt de bank de relatie en zet ook deze ondernemingen op het interne verwijzingsregister.
Wat wil de eiser?
De eiser stelt dat de opzegging onrechtmatig is en niet voldoet aan de eisen van redelijkheid en billijkheid, verder zou de bank haar zorgplicht geschonden hebben. De eiser vindt dat de opzegging niet voldoet aan de voorwaarden van de Wet ter voorkoming van witwassen en financiering van terrorisme omdat de bank niet kan bewijzen dat de risico’s onbeheerbaar zijn geweest en dat de bank niet duidelijk was in welke informatie benodigd was. Eiser wil verwijderd worden uit het incidentenregister (IVR) en toegang tot een basisbetaalrekening.
Het oordeel van de rechtbank
ABN AMRO stelt dat zij het recht heeft de relatie met de eiser op te zeggen zonder zwaarwegende grond of bewijs van criminaliteit. Partijen hebben zelf hun rekening opgezegd, er was geen opzegging door ABN AMRO, deze vordering van de eiser wordt dan ook afgewezen door de rechter over de hoofdonderneming en een subonderneming. De andere subonderneming en de eiser zelf hebben de bank voldoende grond gegeven voor opzegging wegens niet meewerken met klantonderzoeken. ABN AMRO stelde vragen en deze werden onvoldoende beantwoord door de eiser en de subonderneming. De plaatsingen in het incidentenregister zijn dan ook gerechtvaardigd volgens de rechtbank. De bank heeft hier een belang om integriteitsrisico’s de verminderen, de lijst wordt niet gedeeld met andere banken dus de gevolgen blijven volgens de rechter beperkt. De vorderingen van de eiser worden afgewezen.
financieel recht advocaten
Heeft u een geschil met uw bank na betrokken te zijn geweest in een klantonderzoek? Neem dan contact op met een van onze gespecialiseerde advocaten.
Wij staan voor u klaar
- Tegen financiële dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant