Uitspraak: Eiser heeft herkomst van hypotheekaflossing onvoldoende aangetoond

In deze zaak staat de herkomst van de hypotheekaflossing centraal. Op 26 augustus 2008 heeft Rabobank een hypothecaire lening aan eiser verstrekt voor de financiering van de woning. Eiser heeft ook een betaalrekening bij Rabobank.

In de loop van de tijd zijn in verband met de hypothecaire lening betalingsachterstanden ontstaan. Voor de betaling van deze achterstanden hebben partijen op 28 april 2021 een betalingsregeling getroffen. Daarbij is afgesproken dat eiser aan Rabobank vóór 1 mei 2021 € 66.000 betaalt. Dit heeft eiser op 30 april 2021 gedaan.

Rabobank is vervolgens een onderzoek gestart naar de plausibiliteit en de herkomst van het betaalde bedrag. Eiser heeft aangegeven dat het door hem betaalde bedrag voor € 50.000 bestaat uit salaris dat hij ontvangen heeft van de onderneming waarvan hij bestuurder is. De rest van het bedrag komt van zijn eigen bankrekening. Rabobank heeft verschillende bewijsstukken opgevraagd ter onderbouwing van de salarisbetaling. Omdat eiser deze stukken niet heeft overlegd heeft Rabobank laten weten de betaling niet te accepteren en de lening ineens op te eisen. Rabobank heeft daarna nog meerdere keren de termijn verlengd om eiser de gelegenheid te geven de volledige schuld te betalen. Omdat eiser nog steeds niet heeft betaald, heeft Rabobank de notaris opdracht gegeven de woning te veilen.

Het geschil

Eiser vordert Rabobank te veroordelen tot nakoming van de overeenkomsten van eiser en Rabobank te verbieden de woning te veilen.

De beoordeling

Mocht Rabobank de betaling weigeren en de bankrelatie opzeggen?

Alleen het feit dat eiser de deadline van het aanleveren van stukken niet heeft gehaald maakt al dat Rabobank op grond van haar voorwaarden, voortvloeiend uit de Wwft en de overeenkomst tussen partijen, de betaling mocht terug storten en de opzegging van de bankrelatie in gang kon zetten. Op 11 juni 2021 heeft eiser nog een uittreksel van de notulen gestuurd van de aandeelhoudersvergadering van de onderneming. Maar deze werden onvoldoende bevonden. Eiser heeft dan ook onvoldoende duidelijk gemaakt wat de herkomst is van de € 66.000. Omdat eiser niet heeft voldaan aan de betalingsregeling mocht Rabobank dan ook de bankrelatie opzeggen.

Mocht eiser er op vertrouwen dat Rabobank de bankrelatie niet zou opzeggen?

Eiser heeft verder nog aangevoerd dat hij er van uit mocht gaan dat Rabobank de bankrelatie toch niet zou opzeggen, omdat Rabobank hem op 22 mei 2021 nog een renteaanbod heeft gedaan. Namens Rabobank is op de zitting uitgelegd dat dit een geautomatiseerd renteaanbod is geweest, dat los staat van de overige onderzoeken die lopen. De voorzieningenrechter is van oordeel dat door de opzegging van de bankrelatie op 29 mei 2021 dit aanbod achterhaald is. Weliswaar heeft eiser dit renteaanbod geaccepteerd, maar dit heeft hij ondertekend en geretourneerd ná de opzegging van 29 mei 2021.

De beslissing

De voorzieningenrechter is van oordeel dat eiser de herkomst van de € 66.000 onvoldoende heeft aangetoond en dat Rabobank daarom op terechte gronden de betaling heeft geweigerd.

Lees hier de hele uitspraak.

Financieel Recht Advocaten

Heeft u het vermoeden dat u schade heeft geleden als gevolg van slecht advies van uw hypotheekadviseur en/of bank? Neem dan hier vrijblijvend contact op met een van onze advocaten. Ons kantoor heeft ruime ervaring met het procederen tegen banken, tussenpersonen, financieel adviseurs, hypotheekadviseurs, beleggingsadviseurs alsmede vermogensbeheerders.

Rob Silvertand

Wij staan voor u klaar

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op

Wij helpen u graag

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant