Uitspraak: Rechter bevestigt EVR-registratie van belangenbehartiger na manipulatie van medische gegevens

In een recente uitspraak van de Rechtbank Rotterdam (ECLI:NL:RBROT:2025:437) is een verzoek tot verwijdering van een EVR-registratie afgewezen. De zaak draaide om Columbus Letselschade Groningen B.V. en een van haar medewerkers, die door verzekeraar Allianz Benelux N.V. waren opgenomen in het Extern Verwijzingsregister (EVR). De registratie volgde nadat Allianz een geluidsopname ontving waarin werd gesproken over het aanpassen van medische informatie om schadeclaims gunstiger te laten uitvallen.

Dit vonnis onderstreept het belang van transparantie in letselschadezaken en de rol van verzekeraars bij het waarborgen van een eerlijke schadeafhandeling. Maar wat betekent een EVR-registratie precies? En wat kunnen de gevolgen zijn voor bedrijven en particulieren?



Wat is een EVR-registratie?

Het Extern Verwijzingsregister (EVR) is een waarschuwingssysteem waarin financiële instellingen gegevens vastleggen over personen en bedrijven die zich hebben misdragen, bijvoorbeeld door fraude of andere vormen van misleiding. Een EVR-registratie kan verstrekkende gevolgen hebben: geregistreerden kunnen worden geweigerd voor verzekeringen, leningen of hypotheken, en het kan de zakelijke reputatie ernstig schaden.

Om iemand in het EVR te registreren, moet een financiële instelling voldoen aan de voorwaarden van het Protocol Incidentenwaarschuwingssysteem Financiële Instellingen (PiFi). Dit protocol bepaalt dat een registratie alleen mag plaatsvinden als er sprake is van een bedreiging voor de financiële sector en als de vastgestelde gedragingen voldoende bewezen zijn.


De aanleiding voor de EVR-registratie

Columbus Letselschade Groningen B.V. is een belangenbehartiger voor letselschadeslachtoffers en heeft tientallen medewerkers in dienst. Het bedrijf onderhandelt met verzekeraars over schadeclaims namens cliënten. In augustus 2023 ontving Allianz een geluidsopname van een telefoongesprek tussen een medewerker van Columbus en een cliënt.

Uit deze opname concludeerde Allianz dat Columbus bewust medische informatie liet aanpassen of achterhield om te voorkomen dat een verzekeraar deze zou kunnen gebruiken bij de beoordeling van een schadeclaim. In de opname werd gezegd:

“Als wij informatie binnenkrijgen, voordat we iets delen met een verzekeringsmaatschappij, gaan wij ons altijd afvragen hoe bruikbaar dit is. Als daar iets in staat waarvan wij denken: ‘Hier kan de verzekeraar mee aan de haal gaan en dit kan mogelijk een alternatieve verklaring geven voor de klachten en beperkingen’, dan moet dat eruit, dat moet aangepast worden. En zo leiden wij onze mensen ook op.”

Op basis hiervan besloot Allianz Columbus en de betrokken medewerker op te nemen in het EVR, omdat de werkwijze volgens hen de integriteit van het schadetraject in gevaar bracht.


Juridische argumenten van Columbus

Columbus stelde dat de opname uit zijn verband was getrokken en dat de woorden van de medewerker ongelukkig waren geformuleerd. Zij beriepen zich op de Gedragscode Behandeling Letselschadedossiers (GBL), waarin staat dat slachtoffers niet verplicht zijn om alle medische informatie met verzekeraars te delen. Volgens Columbus is het soms in het belang van de cliënt om zorgvuldig te bepalen welke informatie relevant is voor de schadeclaim.

Daarnaast voerde Columbus aan dat de EVR-registratie hen ernstig schaadde. Door de registratie weigerden meerdere verzekeraars, waaronder Achmea en ASR, nog langer zaken met hen te doen. Hierdoor liepen zij aanzienlijke financiële schade op en dreigde zelfs faillissement.


Verweer van Allianz

Allianz betoogde dat de registratie terecht was en dat Columbus zich schuldig had gemaakt aan onoorbaar gedrag. Volgens de verzekeraar mag een belangenbehartiger niet selectief informatie achterhouden of aanpassen, omdat dit een vertekend beeld geeft van de medische situatie van de cliënt. Dit kan leiden tot schadevergoedingen waar mogelijk geen recht op bestaat, wat de financiële sector kan schaden.

Daarnaast wees Allianz op het feit dat ook andere verzekeraars Columbus niet langer vertrouwden, niet alleen vanwege de EVR-registratie, maar ook vanwege interne onderzoeken en berichtgeving door andere partijen, zoals Nationale-Nederlanden en Unigarant.


Uitspraak van de rechtbank

De voorzieningenrechter oordeelde dat de EVR-registratie gerechtvaardigd was. De rechtbank vond dat uit de geluidsopname bleek dat Columbus structureel een werkwijze hanteerde die verzekeraars verhinderde om een eerlijke schadebeoordeling te maken. Volgens de rechter moet het aan de verzekeraar worden overgelaten om te bepalen of bepaalde informatie relevant is voor een schadeclaim, en niet aan de belangenbehartiger.

Daarnaast wees de rechtbank het argument af dat Columbus alleen in zaken met een korte verwachte schadeperiode minder informatie hoefde te verstrekken. Informatie over de medische voorgeschiedenis kan volgens de rechter ook bij kortlopende schadeclaims van belang zijn.


Hoewel Allianz aanvankelijk ook fraude als reden voor de registratie had opgegeven, werd dit later ingetrokken. Columbus stelde dat hierdoor de duur van de EVR-registratie moest worden gehalveerd, maar de rechter ging hier niet in mee. De registratie blijft drie jaar geldig, wat proportioneel werd geacht gezien de ernst van de gedragingen.


Gevolgen van een EVR-registratie

Deze uitspraak benadrukt hoe zwaar een EVR-registratie kan wegen. Een registratie kan ertoe leiden dat bedrijven geen toegang meer krijgen tot financiële producten, zoals leningen en verzekeringen. Ook voor particulieren kunnen de gevolgen verstrekkend zijn, omdat zij worden aangemerkt als risico voor financiële instellingen.

Voor Columbus betekent dit dat de meeste verzekeraars geen zaken meer met hen willen doen, waardoor het voortbestaan van het bedrijf in gevaar komt. De betrokken medewerker heeft daarnaast te maken met persoonlijke gevolgen, zoals beperkingen bij het afsluiten van een hypotheek of verzekering.


Wat te doen bij een EVR-registratie?

Bent u zelf geconfronteerd met een EVR-registratie? Dan is het belangrijk om juridische stappen te ondernemen. De gevolgen van een registratie kunnen groot zijn, maar er zijn mogelijkheden om bezwaar te maken of een kort geding aan te spannen. Een rechter kan toetsen of de registratie voldoet aan de voorwaarden van het PiFi en of deze proportioneel is.

Financieel Recht Advocaten heeft ruime ervaring in zaken rondom EVR-registraties en helpt cliënten bij het aanvechten van onterechte registraties. Neem contact met ons op voor juridisch advies en ontdek wat wij voor u kunnen betekenen.

Neslihan Karacaoglan

Wij staan voor u klaar

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op

Wij helpen u graag

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant