Uitspraak: Betaaldienstverlener beboet wegens handelen in strijd met de Wwft en Sw

X is een betaaldienstverlener met een vergunning om geldtransfer te verlenen. DNB heeft op enig moment een transactiemonitoring ondernomen in het kader van de Wwft en de Sw. Uit die monitoring blijkt dat sprake is van ernstige tekortkomingen. Daarom worden er steekproefsgewijs een aantal cliëntendossiers waarin tekortkomingen zijn vastgesteld, verder beoordeeld. Het gaat om hoge transacties naar landen buiten de EU.

De openstaande tekortkomingen zijn hersteld. DNB heeft aangegeven dat zij een boete wil opleggen, maar X is het hier niet mee eens. DNB zou volgens X vooringenomen zijn, het lex certa beginsel schenden en een te hoge boete opleggen. X stelt dat het onderzoek niet voldoende, niet duidelijk en niet kenbaar is. Ook stelt X dat hij niet op de hoogte was van de gewraakte transacties en betwist dat zij onvoldoende controle heeft gehouden om sanctielijsten. DNB heeft drie bestuurlijke boetes opgelegd voor een bedrag van in totaal 25.000 euro.

X stelt dat de DNB al 1,5 jaar op de hoogte en voornemens was om de boete op te leggen. Daarom zou niet gedegen en objectief zijn gehandeld. Ook zou geen goede functiescheiding zijn toegepast bij toezicht en handhaving. In vergelijkbare zaken zijn waarschuwingen opgelegd en hier zijn boetes opgelegd. Daarom zou ook het gelijkheidsbeginsel zijn geschonden.

Tot slot beroep X zich op de stelling dat de boete moet worden gematigd omdat sprake zou zijn van verminderde verwijtbaarheid, een beperkte duur van de overtreding, de omvang en de draagkracht van de onderneming. De boetes zijn niet evenredig, nu altijd medewerking is verleend. De procedure heeft te lang geduurd, waardoor er geen redelijke termijn zit tussen het onderzoek en de boeteoplegging.

Oordeel rechtbank

De rechtbank gaat niet mee in de stellingen van de X. Het lex certa beginsel is hier niet in het gedrang gekomen. Ook is sprake van open normen, waardoor niet elke verboden gedraging even concreet is beschreven. Wel zijn de Memorie van Toelichting en de Leidraad voldoende duidelijk. Van een professioneel betaaldienstverlener mag worden verwacht dat zij bekend is met deze informatie en zich desnoods laat informeren. De kennis had aanwezig moeten zijn, dit nalaten komt voor rekening van X. Ook ziet de rechter geen aanwijzing voor vooringenomenheid. Ook is geen grond voor de aanname dat X in haar rechten en verdediging is belemmerd. Wel worden de boetes verminderd wegens overschrijding van een redelijke termijn. Het gaat om een matiging van 5% per half jaar.

Klik hier voor de volledige uitspraak.

Financieel Recht Advocaten

Wilt u advies over of begeleiding bij conflicten met een betaaldienstverlener? Neem dan nu contact met ons op.

Neslihan Karacaoglan

Wij staan voor u klaar

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op

Wij helpen u graag

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant