Uitspraak: Rabobank heeft zorgplicht ‘op flagrante wijze’ geschonden [eigen zaak]

Appellanten zijn de kinderen en enig erfgenaam van hun in 2009 op 86-jarige leeftijd overleden vader. Vader had jarenlang een bancaire relatie met een betaalrekening bij Rabobank. Hij had met zijn echtgenote een Keuze Plus Hypotheek (hierna: KPH). Met deze vorm van hypotheek kan een eigenaar de overwaarde van zijn woning omzetten in geld. Op 1 januari 2003 bedroeg het opgenomen krediet € 79.205,-. Na het overlijden van de echtgenote in 2003 heeft een vriendin van haar de huishoudelijke en financiële zorg voor de vader op zich genomen. In datzelfde jaar verkrijgt deze ‘huisvriendin’ een schriftelijke volmacht voor de betaalrekening van vader bij Rabobank.

Een half jaar nadat de huisvriendin de volmacht heeft verkregen stapt ze de Rabobank binnen. Ze vraagt een offerte op voor een verhoging van de KPH tot € 113.445,-. Op 15 maart 2005 heeft de huisvriendin weer een offerte gevraagd voor een verhoging van de KPH tot € 215.000,-. De vader heeft op 14 juli 2006 in zijn testament de huisvriendin een legaat van € 100,- toegekend en haar ook een persoonlijk recht tot gebruik van de woning tot twee jaar na het overlijden gelegateerd, onder verkrijging van € 3.000,- per maand. Op 21 september 2006 heeft de huisvriendin voor de derde keer een offerte gevraagd voor de verhoging van een KPH tot € 300.000,-. Op 15 juli 2008 doet ze dit voor de vierde keer voor een verhoging tot € 400.000,-.

Toen de notaris bij vader thuis kwam om de hypotheekakte te ondertekenen bleek dat hij een verhoging van de hypotheek niet nodig vond. De akte is toen ook niet gepasseerd. Vervolgens heeft Rabobank weer eenzelfde offerte als die van 15 juli 2008 gestuurd. Toen heeft een andere notaris ook geweigerd de akte te laten passeren, omdat vader geen verhoging van de hypotheek wilde. Die notaris heeft geadviseerd om vader onder bewind te laten stellen. Op 19 januari 2009 is vader onder bewind gesteld met zijn dochter als bewindvoerder, in plaats van de huisvriendin die dat ook wel zag zitten.

Tussen 2003 en 2008 neemt de huisvriendin in totaal € 213.415,- van de Rabobankrekening van vader op. Daarnaast is er ook een aantal schilderijen van vader verkocht voor een bedrag van € 13.893,40 en naar de betaalrekening van de partner van de huisvriendin overgemaakt.

Toen appellanten in de gaten kregen waar de huisvriendin mee bezig was, hebben zij een civiele procedure gestart tegen de huisvriendin en haar partner. De rechtbank heeft de huisvriendin veroordeeld appellanten ruim € 70.000,- te betalen. De huisvriendin kon niet aan het vonnis voldoen, waarna partijen een schikking hebben getroffen. Bij het Kifid weigert Rabobank schade te vergoeden, omdat zij vindt dat met de schikking met de huisvriendin de schade al is vergoed.

De beoordeling in eerste aanleg

De rechtbank heeft geoordeeld dat vader de hypotheekverhogingen en de overboekingen naar zijn betaalrekening steeds heeft gewild; dat vervolgens de huisvriendin met gebruikmaking van het bankpasje van vader geld heeft onttrokken aan diens vermogen kan niet aan Rabobank worden toegerekend.

De beoordeling in hoger beroep

De kern van het verwijt van appellanten is dat Rabobank door onvoldoende onderzoek te doen naar de wil van vader inzake de verhoging van de KPH en het voor de huisvriendin mogelijk te maken om steeds contante geldopnamen te doen, haar zorgplicht heeft geschonden.

De verhogingen van de KPH Ten aanzien van de verhogingen van de KPH stelt het hof vast dat Rabobank in geen van de gevallen met vader heeft gesproken. Dit terwijl de verhoging van de KPH tot meer risico leidde. Rabobank heeft een eigen verplichting tegenover haar cliënt, vader, om hem deugdelijk voor te lichten en te informeren over de risico’s en na te gaan of hij deze risico’s wil(de) aanvaarden. Dit heeft Rabobank niet gedaan. Met haar handelen heeft Rabobank, als professionele partij, haar zorgplicht tegenover vader, een particuliere en hoogbejaarde cliënt, in ernstige mate geschonden, aldus het hof. In 2008 is Rabobank helemaal te ver gegaan volgens het hof. Rabobank heeft hier haar zorgplicht tegenover vader op flagrante wijze verzaakt, door niet alleen de handtekening van de huisvriendin te accepteren op de offerte, terwijl zij geen gevolmachtigde was van vader, maar ook door de hypotheekvestiging door te willen zetten terwijl de oplettende eerste notaris zijn medewerking weigerde. Toen dit gebeurde hadden de alarmbellen bij Rabobank moeten rinkelen. Desondanks stuurde Rabobank weer dezelfde offerte naar vader voor het zetten van zijn handtekening, die daarna kennelijk ook geplaatst is op de offerte.

De Optisch Leesbare Overschrijvingen (OLO’s) Deze OLO’s werden gebruikt voor het overschrijven van de gelden van de KPH naar de betaalrekening. OLO’s zijn overschrijvingsformulieren, deze zijn door de huisvriendin getekend. Standaard wordt er dan gebeld naar de rekeninghouder of de opdracht wel zijn goedkeuring heeft. Of de vader ook gebeld is, kan niet meer achterhaald worden. Volgens Rabobank was het verder gebruik dat als er een paar keer goedkeuring voor was gegeven, de volgende keren niet werd gebeld. Volgens het hof ligt het in de risicosfeer van Rabobank als professionele instelling om deugdelijk aantekening te maken van de telefonische contacten die er zijn geweest met de rekeninghouder en diens goedkeuring voor de overboeking, zeker als dat structureel gebeurde zoals hier. Die verslaglegging ontbreekt. Ook bij de OLO’s heeft Rabobank dus haar zorgplicht heeft geschonden en niet de zorg van een goed opdrachtnemer in acht heeft genomen.

Het hoger beroep slaagt. Het hof heeft geoordeeld dat Rabobank jegens vader haar zorgplicht heeft geschonden door de verhogingen van de KPH in 2003, 2005 en 2006 en het toelaten van de overschrijvingen (OLO’s) vanuit de gelden van de KPH naar de betaalrekening van vader. Deze tekortkoming kan Rabobank ook worden toegerekend. Door de verhogingen van de KPH in 2003, 2005 en 2006 kreeg vader de beschikking over gelden. Door de OLO’s kon de huisvriendin ervoor zorgen dat deze gelden op de betaalrekening van vader kwamen, waarna zij vervolgens met de machtiging deze gelden kon gebruiken en/of contant opnemen en/of overmaken naar derden. Door het handelen (en/of nalaten) van Rabobank is het aldus de huisvriendin mogelijk gemaakt de beschikking te krijgen over de gelden van vader. Waardoor het causaal verband is gevestigd.

De zaak wordt, met het oog op de schadebegroting, naar de rol verwezen.

Lees hier een nieuwsbericht over de uitspraak.

Lees hier de hele uitspraak.

Financieel Recht Advocaten

Heeft u het vermoeden dat u schade heeft geleden als gevolg van slecht advies van uw hypotheekadviseur en/of bank? Neem dan hier vrijblijvend contact op met een van onze advocaten. Ons kantoor heeft ruime ervaring met het procederen tegen banken, tussenpersonen, financieel adviseurs, hypotheekadviseurs, beleggingsadviseurs alsmede vermogensbeheerders.

Fabienne de Jong

Wij staan voor u klaar

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op

Wij helpen u graag

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant