De Surinaamse Surichange Bank is in 2005 opgericht. Onder leiding van X biedt de bank de gebruikelijke bankdiensten aan. Surichange werkt met X en in Nederland gevestigde geldtransactiebedrijf Suri-Change.
In Nederland betalen klanten geld op de rekening van Suri-Change. Suri-Change boekt of stort de bedragen op haar beurt weer naar een op naam van Surichange Bank aangehouden nostro-rekening bij ABN AMRO. Door deze constructie komen harde valuta op de rekening. De tegenwaarde van de harde valuta worden in Surinaamse dollars in Suriname uitgekeerd.
In 2019 hebben ABN AMRO en Surichange Bank met elkaar gecommuniceerd. In 2020 heeft ABN AMRO laten weten dat zij de bankrelatie wilde beëindigen omdat sprake was van onaanvaardbare risico’s, reputatieschade en witwassen.
Vordering
Surichange Bank is het niet eens met de beëindiging en vordert in kort geding een verbod op beëindiging totdat in de bodemprocedure is beslist. Deze bodemprocedure is nog niet gestart, laat staan beslist. Surichange Bank is van mening dat ABN AMRO onrechtmatig dan wel naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar en/of in strijd met haar zorgplicht heeft gehandeld.
Beoordeling
De voorzieningenrechter buigt zich over de vraag of het aannemelijk is dat de rechter in de bodemzaak zal oordelen dat ABN AMRO onrechtmatig dan wel naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar en/of in strijd met haar zorgplicht heeft gehandeld. Daarbij wordt gekeken naar de zorgplicht die de bank heeft. Daarbij moet rekening worden gehouden met de belangen van Surichange Bank. Ook moet worden gekeken naar de verplichtingen die Surichange Bank zelf heeft.
De voorzieningenrechter stelt dat ABN AMRO verplicht is om onderzoek te doen naar cliënten in het kader van de Wwft. Soms is het mogelijk dan de relatie te verbreken. Wanneer het gaat om een cliënt met een hoger risico op witwassen, geldt een verscherpt onderzoek. Van een dergelijk geval is sprake als het gaat om een instelling die is gevestigd buiten de EU.
Surichange Bank valt volgens de voorzieningenrechter dan ook onder de categorie ‘hoger risico’. ABN AMRO moest overgaan tot verscherpt cliëntenonderzoek, omdat sprake was van een correspondentrelatie met een buiten de EU gevestigde instelling. De bankrekening bij de ABN AMRO werd gebruikt om contante bedragen te storten. Soms werden de betrokken partijen verborgen. De situatie kan zich voordoen dat een instelling niet kan vaststellen wie haar cliënt precies is en/of welk doel de zakelijke relatie heeft, en of de beoogde dienstverlening passend is. In die gevallen dient de zakelijke relatie te worden beëindigd. ABN AMRO had voldoende grond om de bankrelatie op te zeggen.
Klik hier voor de volledige uitspraak.
Financieel Recht Advocaten
Heeft de bank uw hypotheek of lening opgezegd en wilt u graag weten of dat zomaar kan? Neem dan contact met ons op. Wij beantwoorden uw vragen graag.
Wij staan voor u klaar
- Tegen financiële dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant