Uitspraak: Geen inbraakschade dus geen vergoeding van gestolen goederen

Consument heeft een woonverzekering afgesloten bij Verzekeraar.

In de woning van Consument is ingebroken, zij heeft hiervan aangifte gedaan bij de politie. In de bijlage bij het Proces-verbaal van aangifte zijn als gestolen goederen onder meer opgenomen: een kluis, diverse sieraden, € 45.000,- contant geld, een PlayStation en twee tablets.

Na ontvangst van de schademelding heeft Verzekeraar een schade-expert ingeschakeld om de aard en omvang van de geclaimde diefstalschade vast te stellen.

Verzekeraar heeft de claim van Consument afgewezen onder verwijzing naar artikel 9 van de Voorwaarden, waarin wordt vermeld dat schade door diefstal van de inboedel gedurende een verbouwing aan de buitenkant van de woning enkel wordt vergoed wanneer inbraakschade te zien is aan de buitenkant van de woning. Volgens de schade-expert was er namelijk geen sprake van schade aan de buitenkant van de woning. Verzekeraar wijst de claim tevens af, omdat Consument het bezit, de aanwezigheid tijdens de diefstal en de waarde van de geclaimde zaken onvoldoende aan zou kunnen tonen.

Vordering Consument

Consument vordert een vergoeding van de schade ten gevolge van de inbraak ter hoogte van € 50.000,-. Door het afschot, waarmee de achterzijde van de woning is afgesloten tijdens de verbouwing was er een kleine mogelijkheid dat iemand naar binnen kon komen, maar er waren volgens de Consument geen andere mogelijkheden om de achterzijde af te sluiten. Verzekeraar stelt zich volgens Consument ook onterecht op het standpunt dat er onvoldoende bewijzen zijn met betrekking tot de diefstalschade. Ze heeft met de handgeschreven aankoopbonnetjes van de sieraden en een brief van toekenning van een bepaald geldbedrag overlegd.

Beoordeling

Het geschil spitst zich volgens de Commissie toe op de vraag in hoeverre Verzekeraar kan worden gehouden de door Consument geclaimde schade te vergoeden op basis van de door haar afgesloten Woonverzekering.

De Commissie stelt voorop dat op grond van artikel 9 van de Voorwaarden voor schade de voorwaarde van inbraakschade wordt gesteld. Het is aan Consument om – gelet op het bepaalde in artikel 150 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering – te stellen en, bij voldoende betwisting, aan te tonen dat daadwerkelijk sprake is van inbraakschade aan de buitenkant van de woning. Consument heeft niet gesteld dat sprake is van inbraakschade aan de buitenkant van de woning, zij is dan ook niet in haar bewijslevering geslaagd.

De conclusie is dat de Woonverzekering van Consument geen dekking biedt voor de door Consument geclaimde schade. Verzekeraar is dan ook niet gehouden om de door Consument geclaimde schade te vergoeden. De Commissie wijst de vordering van Consument daarom af.

Lees hier de hele uitspraak

Financieel Recht Advocaten

Heeft u ook een geschil met uw verzekeraar over de uitkering van uw verzekering? Of heeft u het idee dat de verzekeraar haar zorgplicht op andere wijze heeft geschonden? Neem dan vrijblijvend contact op met een van onze advocaten. Ons kantoor heeft ruime ervaring met het procederen tegen verzekeraars, banken, tussenpersonen, financieel adviseurs, hypotheekadviseurs, beleggingsadviseurs alsmede vermogensbeheerders.

Joost Papeveld

Wij staan voor u klaar

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op

Wij helpen u graag

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 10+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant