Een consument heeft bezwaar gemaakt tegen de langdurige registratie van zijn persoonsgegevens in het Incidentenregister en het Extern Verwijzingsregister (EVR) door Findio. Hij stelt dat deze registratie disproportioneel is en pleit voor verkorting.
De feiten
In juli 2018 heeft de consument een lening van €30.000 aangevraagd bij Findio, waarbij vervalste inkomensdocumenten werden ingediend. Findio heeft de aanvraag afgewezen, aangifte gedaan bij de politie en de persoonsgegevens van de consument opgenomen in interne en externe waarschuwingsregisters voor de duur van acht jaar. De consument heeft eerder geprobeerd zijn registratie te laten verwijderen via de rechtbank Amsterdam, maar dat werd afgewezen in 2020. Verdere verzoeken, onder andere met als argumenten de impact op zijn zoon en zijn eigen financiële situatie, zijn ook afgewezen.
Het geschil en de klacht
De consument eist een verkorting van de registratieduur naar vijf jaar. Hij betoogt dat de registraties disproportionele impact hebben op zijn privéleven, zoals het openen van een bankrekening voor zijn zoon en dochter. Ook stelt hij dat hij geen zakelijke bankrekening kan openen, wat zijn onderneming belemmert. Daarnaast voert hij aan dat de bank waarvan hij het vervalste document gebruikte, geen externe registratie toepaste. Tot slot meent hij dat Findio geen financiële schade heeft geleden door de fraudepoging. Findio verweert zich door te stellen dat de duur van de registratie gerechtvaardigd is vanwege de ernst van het incident. Zij wijzen erop dat de consument bewust misleidend heeft gehandeld, wat risico’s met zich meebracht. Findio benadrukt dat zij zorgvuldig een proportionaliteitsafweging hebben gemaakt.
De beoordeling
De commissie oordeelt dat de registratie proportioneel is en Findio rechtmatig heeft gehandeld. Daarbij spelen de volgende overwegingen een rol. Het plegen van valsheid in geschrifte en poging tot oplichting zijn ernstige vergrijpen. De consument heeft aanvankelijk gelogen over zijn betrokkenheid, wat de ernst van zijn handelen vergroot. De stukken die de consument heeft ingediend, onderbouwen onvoldoende dat de externe registratie daadwerkelijk verantwoordelijk is voor zijn problemen bij het openen van een zakelijke rekening. Bijvoorbeeld, afwijzingen door ABN AMRO en de Volksbank blijken niet gerelateerd aan de externe registratie. De financiële sector heeft een zwaarwegend belang om gewaarschuwd te blijven voor de consument, gezien de aard en omvang van zijn eerdere fraude. De commissie concludeert dat de registratieduur van acht jaar gerechtvaardigd is.
Financieel recht advocaten
Bent u ook in frauderegisters zoals het Intern- of Extern Verwijzingsregister geregistreerd? Neem dan contact op met een van onze gespecialiseerde advocaten.
Wij staan voor u klaar
- Tegen financiële dienstverleners
- 20+ jaar ervaring
- Eerlijk en transparant