Uitspraak: Bancaire relatie beëindigd en registratie in het Interne Verwijzingsregister (IVR)

De ING Bank heeft de bancaire relatie tussen haar en een consument beëindigd. De Bank heeft dit gedaan naar aanleiding van het door de bank ingestelde cliëntenonderzoek naar de particuliere rekening van de consument. Ook zijn de persoonsgegevens van de consument geregistreerd in de Gebeurtenissenadministratie en het Interne Verwijzingsregister (IVR). De consument heeft hierdoor een klacht ingediend bij het Financiële Klachteninstituut Kifid.

Aanleiding

De consument is Managing Director bij bedrijf Y. Op 1 oktober 2019 staat er op een factuur van bedrijf Y dat bedrijf X vanwege de aankoop van machines € 1.360.000,- moet betalen. Verder straat de naam van de consument op de factuur met het nummer van zijn privé bankrekening bij ING.

Op dezelfde dag is het bedrag nog overgeschreven naar de rekening van de consument. Bedrijf X heeft zelfs nog gemaild dat ze hun schuld nu hebben afgelost en dat de machines bij hun geleverd kunnen worden.

Op 9 december 2019 heeft de FIOD een derdenbeslag op het tegoed van de betaalrekening van de consument gelegd. De bank heeft vervolgens in het kader van cliëntenonderzoek (art. 3 Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft)) onderzoek verricht naar het rekeningen gebruik van de consument en diens rekeningen geblokkeerd. De consument zou volgens de bank niet op tijd of onvolledige informatie hebben toegestuurd die nodig waren om het onderzoek af te ronden.

Tot slot heeft de bank in die brief geschreven dat de persoonsgegevens van de consument in het Intern Verwijzingsregister (IVR) voor de duur van acht jaar zijn geregistreerd.

De Klacht

De consument vordert herstel van de bancaire relatie en verwijdering van zijn persoonsgegevens uit het IVR. Ter zitting heeft de consument gevorderd dat de bank in de kosten van de procedure wordt veroordeeld.

Beoordeling

De Bank kan de overeenkomst met de consument beëindigen, mits deze gegrond is (art. 35 Algemene Bankvoorwaarden 2017). De bank heeft als grond daarvoor onder andere aangevoerd dat de rekeningen voor zakelijke doeleinden zijn gebruikt. De commissie is met de bank van oordeel dat van dergelijk gebruik sprake is geweest. Op de factuur is vermeld dat het factuurbedrag kan worden overgemaakt naar de betaalrekening van de consument. Verder is na die bijschrijving het factuurbedrag naar de spaarrekening van de consument overgeboekt. Daarmee is sprake van een zakelijk gebruik van de bij de bank aangehouden rekeningen van de consument.

Ook wordt er opgemerkt dat de consument onvoldoende antwoord heeft gegeven op de vragen van de Bank. Deze vragen zijn belangrijk in het kader van haar cliëntenonderzoek. De Bank moet voorkomen dat haar rekeningen gebruikt worden voor witwassen of het financieren van terrorisme.

Ten slotte oordeelt de Commissie dat de persoonsgegevens in de registers mogen blijven staan. De bank mocht de persoonsgegevens daarin opnemen omdat sprake is van oneigenlijk gebruik van de privérekening en van ongebruikelijke transacties.

Beslissing

De commissie wijst de vorderingen van de consument af.

Lees hier de gehele uitspraak.

Financieel Recht Advocaten

Wilt u advies over of begeleiding bij conflicten over het cliëntenonderzoek van banken en de registratie van persoonsgegevens in de Gebeurtenissenadministratie, het IVR, het Incidentenregister en het EVR? Neem dan vrijblijvend contact met ons op.

Joost Papeveld

Wij staan voor u klaar

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op

Wij helpen u graag

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant