Uitspraak: Uitspraak Rechtbank Rotterdam: DNB niet verplicht tot handhaving tegen Transactie Monitoring Nederland

Op 19 september 2024 deed de rechtbank Rotterdam een uitspraak over een verzoek van de stichting Human Rights in Finance. EU aan De Nederlandsche Bank (DNB) om handhavend op te treden tegen Transactie Monitoring Nederland (TMNL) en enkele Nederlandse banken. De zaak betrof een vermeende overtreding van artikel 10 van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft). De rechtbank besloot dat DNB geen verdere actie hoefde te ondernemen, omdat de activiteiten van TMNL al waren gestaakt en de uitgewisselde gegevens waren verwijderd. Voor burgers en organisaties die met banken en financiële instellingen te maken hebben, biedt deze uitspraak belangrijke inzichten in de rol van DNB en de mogelijkheden om handhaving te verzoeken.

Het verzoek van de stichting

De stichting Human Rights in Finance.EU had aan DNB gevraagd om op te treden tegen TMNL, een samenwerkingsverband van grote Nederlandse banken zoals ABN AMRO, Rabobank en ING. Volgens de stichting overtrad TMNL artikel 10 van de Wwft, dat onder andere regelt hoe banken moeten omgaan met transactiemonitoring om witwassen en terrorismefinanciering te voorkomen. De stichting eiste dat DNB een last onder dwangsom zou opleggen om deze overtreding direct te stoppen, evenals een punitieve boete voor de betrokken partijen. DNB weigerde echter handhavend op te treden, omdat de stichting volgens de Algemene wet bestuursrecht (Awb) geen “belanghebbende” was, een juridische term die bepaalt wie in bepaalde situaties een verzoek om actie kan indienen.

Waarom DNB niet handhavend optrad

Een belangrijk aspect van de zaak was dat de activiteiten van TMNL inmiddels waren stopgezet en de eerder uitgewisselde gegevens tussen de banken waren verwijderd. Omdat de vermeende overtreding al was beëindigd, kon DNB volgens de wet geen actie meer ondernemen. In de Wwft is namelijk vastgelegd dat DNB alleen handhavend kan optreden bij een lopende overtreding. Wanneer de overtreding is gestopt, zoals hier het geval was, kan DNB geen dwangmaatregelen meer opleggen, zoals een last onder dwangsom of een boete. Dit toont aan dat het voor individuen en organisaties die een verzoek tot handhaving indienen van cruciaal belang is om snel te handelen.

Belanghebbendheid in juridische procedures

De rechtbank Rotterdam oordeelde bovendien dat de stichting geen belanghebbende was in deze zaak. In het bestuursrecht, waaronder deze zaak valt, kan alleen iemand met een “actueel en reëel belang” een rechtszaak aanspannen. Omdat TMNL niet langer actief was en de overtreding was gestopt, had de stichting geen procesbelang meer. Dit laat zien hoe belangrijk het is om te weten wie als belanghebbende wordt beschouwd in juridische procedures. Als een verzoeker geen belanghebbende is, kan de zaak niet door de rechter worden behandeld, zelfs als de overtreding ernstig is geweest.

Geen recht op handhaving achteraf

Een ander belangrijk punt uit de uitspraak is dat handhaving alleen mogelijk is bij een lopende overtreding, niet achteraf. Dit betekent dat, ook al was TMNL in het verleden mogelijk in overtreding van de Wwft, DNB niet handhavend kan optreden als de overtreding inmiddels is beëindigd. Dit kan frustrerend zijn voor mensen die onrecht hebben ervaren, maar het toont ook de grenzen van wat een toezichthouder zoals DNB kan doen. Het is daarom verstandig om in een vroeg stadium hulp in te roepen van een juridisch specialist, zoals een advocaat gespecialiseerd in financieel recht, om ervoor te zorgen dat de juiste stappen worden gezet voordat het te laat is voor handhaving.

Implicaties voor burgers en organisaties

Voor burgers en organisaties die te maken hebben met financiële instellingen of vermoedens hebben van overtredingen van wet- en regelgeving door banken, biedt deze zaak belangrijke lessen. Het is essentieel om snel en doelgericht op te treden als u denkt dat een overtreding plaatsvindt. De uitspraak laat ook zien dat, hoewel toezichthouders zoals DNB een belangrijke rol spelen in het toezicht op banken, hun bevoegdheden beperkt zijn tot het aanpakken van overtredingen die op dat moment gaande zijn. Bovendien is het belangrijk om te begrijpen wie als belanghebbende wordt gezien in juridische procedures. Zonder deze status heeft een verzoeker geen recht op behandeling van zijn of haar zaak.

Financieel Recht Advocaten

Deze uitspraak van de rechtbank Rotterdam onderstreept het belang van timing, belanghebbendheid en kennis van de wetgeving als het gaat om verzoeken tot handhaving tegen financiële instellingen. De activiteiten van TMNL waren gestopt, waardoor de stichting geen procesbelang meer had en DNB geen maatregelen meer kon nemen. Heeft u te maken met een soortgelijke situatie, of wilt u meer weten over uw rechten tegenover banken en financiële instellingen? Neem dan contact op met Financieel Recht Advocaten. Onze experts staan klaar om u te adviseren en te helpen bij het afdwingen van uw rechten.

Joost Papeveld

Wij staan voor u klaar

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op

Wij helpen u graag

  • Tegen financiële dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant