Financieel Recht Advocaten > Uitspraken > Rabobank mag consument opnemen in intern waarschuwingssysteem (IVR) na onduidelijkheden in cliëntenonderzoek
Rabobank mag consument opnemen in intern waarschuwingssysteem (IVR) na onduidelijkheden in cliëntenonderzoek
Op 12 juli 2024 deed Kifid een spraakmakende uitspraak (uitspraak nr. 2024-0602) in een geschil tussen een consument en Rabobank. De bank had de consument opgenomen in haar interne waarschuwingssysteem en de bankrelatie beëindigd, omdat hij volgens hen onvoldoende uitleg gaf over contante stortingen en zijn bedrijfsactiviteiten. De consument vocht dit aan, maar Kifid oordeelde dat Rabobank terecht handelde. Wat leidde tot deze beslissing, en waarom werd de registratie als proportioneel beschouwd?
Wat was het probleem?
Bank stelt vragen over transacties en contante stortingen
In augustus 2022 startte Rabobank een cliëntenonderzoek naar aanleiding van contante stortingen op de particuliere en zakelijke rekeningen van de consument. De bank stelde vragen over:
De herkomst van deze stortingen
De bedrijfsactiviteiten van de consument
Geldstromen van zijn zakelijke rekening naar derden
De consument antwoordde, maar zijn antwoorden riepen vervolgvragen op. Hij leverde wel documenten aan, maar volgens de bank verklaarden deze niet afdoende de herkomst van het geld.
In februari 2023 concludeerde Rabobank dat het cliëntenonderzoek niet positief kon worden afgerond en dat de consument een te groot risico vormde.
Bank beëindigt relatie en registreert consument in IVR
De consument beëindigde zelf zijn particuliere betaalrekening.
Op 15 juni 2023 beëindigde Rabobank ook de rest van de particuliere relatie.
De persoonsgegevens van de consument werden opgenomen in het Interne Verwijzingsregister (IVR) voor 8 jaar.
De consument diende een klacht in bij Kifid, maar richtte zich uitsluitend op de registratie in het IVR en niet op de beëindiging van de bankrelatie.
De klacht van de consument
De consument stelde dat:
De registratie in het IVR onrechtmatig is, omdat hij wél heeft meegewerkt aan het cliëntenonderzoek.
Hij voldoende antwoorden heeft gegeven en documenten heeft verstrekt.
Rabobank zijn persoonsgegevens onterecht voor 8 jaar heeft geregistreerd.
Hij eist verwijdering van zijn gegevens uit het IVR en de interne administratie van Rabobank.
Het standpunt van Rabobank
Rabobank was verplicht om te voldoen aan de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) en moest daarom een cliëntenonderzoek uitvoeren. Tijdens dit onderzoek gaf de consument slechts summiere antwoorden en leverde hij geen afdoende documentatie om de herkomst van het geld te verklaren. Daarnaast waren er onverklaarbare transacties met grote contante stortingen, waaronder biljetten van € 200 en € 500. De overboekingen naar derden waren bovendien ondoorzichtig, waardoor het risico op misbruik toenam. Omdat het cliëntenonderzoek niet positief kon worden afgerond en dit een onacceptabel risico vormde, besloot Rabobank om de persoonsgegevens van de consument in het Interne Verwijzingsregister (IVR) op te nemen ter bescherming van haar eigen organisatie.
Uitspraak Kifid: Rabobank mag consument registreren in IVR
Kifid concludeerde dat de bank rechtmatig handelde en wees de vordering van de consument af.
1. De bank mocht het cliëntenonderzoek uitvoeren
Op basis van de Wwft moet Rabobank cliëntenonderzoek doen bij onduidelijke of ongebruikelijke transacties.
De consument beantwoordde de vragen, maar zijn antwoorden en documenten gaven onvoldoende duidelijkheid.
Dit gold vooral voor de herkomst van contante stortingen en zakelijke transacties.
2. De bank mocht de consument registreren in het IVR
Het Interne Verwijzingsregister (IVR) is een intern waarschuwingssysteem binnen Rabobank.
De registratie voorkomt dat Rabobank onbewust opnieuw risico loopt bij een toekomstige aanvraag van de consument.
Dit is een gerechtvaardigd belang op grond van artikel 6 lid 1(f) AVG (belangenafweging).
3. De consument had onvoldoende belang bij verwijdering
De registratie is intern, wat betekent dat andere banken er geen inzicht in hebben.
De consument kan nog steeds bankieren bij andere financiële instellingen.
De bank mag maximaal 8 jaar registreren, en deze termijn is niet disproportioneel.
4. De bank heeft geen lichtere maatregel
Rabobank heeft afgewogen of een minder ingrijpende maatregel mogelijk was, maar concludeerde dat registratie in het IVR noodzakelijk is.
Wat betekent deze uitspraak voor consumenten?
Banken mogen een interne registratie (IVR) gebruiken bij risicovolle klanten. Als je onduidelijke geldstromen hebt en niet voldoende uitleg geeft, kan een bank je intern registreren. Andere banken zien dit niet, maar binnen de bank zelf ben je opvallend gemarkeerd.
Registratie in het IVR is geen BKR-registratie. Dit is geen officiële BKR-registratie die je belemmert om ergens anders een bankrekening of lening te krijgen.
De bewaartermijn van 8 jaar is geaccepteerd. Kifid acht een registratieduur van 8 jaar niet disproportioneel. Dit betekent dat banken deze termijn mogen hanteren als een cliëntenonderzoek niet positief kan worden afgerond.
Voldoende meewerken aan een cliëntenonderzoek is essentieel. Weigeren of summier antwoorden op vragen van je bank kan ertoe leiden dat je bankrekening wordt opgeheven en je in het IVR wordt opgenomen. Zorg ervoor dat je duidelijke documentatie levert over de herkomst van geld.
Conclusie
Kifid oordeelde dat Rabobank de registratie in het IVR mocht handhaven. De klacht van de consument werd afgewezen. Heb jij ongebruikelijke transacties of ontvang je vragen van je bank? Werk tijdig en volledig mee, zodat je geen risico loopt op een interne registratie. Neem vandaag nog contact op met een van onze advocaten.